Nota RVA ivm regels voor kunstenaars in de werkloosheid

Nota RVA ivm regels voor kunstenaars in de werkloosheid

Hier vindt u wat meer info over de nota van RVA van 18/06/2015 over aanvragen tot werkloosheid. Deze nota geeft richtlijnen voor:
1) de behandeling van de uitkeringsaanvragen van de werknemers die artistieke prestaties leveren en de technici die tewerkgesteld zijn in de artistieke sector (toelating tot de werkloosheidsuitkeringen, bepaling van de cijfercode, evolutie van de vergoedingsperiodes, terugkeer)
2) de behandeling van de aangiftes van artistieke activiteiten en inkomsten (formulieren C1, C1-ARTIEST, C3-ARTIEST, vergoeding, omzettingsregel, cumulatieregel)

Vraag de volledige nota aan, stuur een berichtje via contact

--
Wat zegt deze nota over taakloon:

 

De tijdseenheid wordt vermeld “per taak”

 Ga naar hypothese 1

 

 

De tijdseenheid wordt vermeld “onderworpen krachtens artikel 1bis”

 Ga naar hypothese 2

 

1 voor de UA’s vanaf 01.10.2014 die prestaties betreffen die worden beëindigd vanaf 01.10.2014, is de nieuwe versie van de C4 verplicht. Indien een vorige versie van de C4 wordt ingediend, wordt het dossier niet teruggestuurd via C51 maar wordt de gewone berekeningsregel toegepast (zie punt 1.2).

2 Voor de prestaties die werden beëindigd vóór 01.10.2014, moet de oude C4 nog worden aanvaard. Voor die prestaties kunt u zich niet baseren op de afwezigheid van één van die vermeldingen.

  • Beschikt u over een arbeidsovereenkomst à ga naar hypothese 1.
  • Beschikt u over een verklaring op eer waaruit blijkt dat het loon onderworpen is geweest aan artikel 1bis à ga naar hypothese 2.
  • Beschikt u noch over een arbeidsovereenkomst noch over een verklaring op eer waaruit blijkt dat het loon onderworpen is geweest aan artikel 1bis à terugzending via C51 om één van die elementen te bekomen.

A.  Hypothese 1: het formulier C4 vermeldt de code 46 en als tijdseenheid “per taak”

per taak (cachet) in het kader van een arbeidsovereenkomst die betrekking heeft op de uitoefening van een artistieke activiteit

U hebt een arbeidsovereenkomst?

JA

NEEN => terugzending via C51

Ga na of de prestatie een artistieke activiteit is

 

De artistieke aard van de prestatie blijkt uit de arbeidsovereenkomst en/of uit andere bijgevoegde stukken. Gebruik vervolgens de tabel met de meest voorkomende activiteiten (punt 8)

Opmerking: Het visum artiest is nog niet gebruiksklaar.

Opgelet:

-     art. 10 van het MB is niet van toepassing op de technische activiteiten (zelfs niet bij taakloon)

  • de code werknemer 46 in de DMFA volstaat niet

JA

NEEN => pas de gewone berekeningsregels toe  

Ga na of de artistieke prestatie per taak wordt betaald

 

Herinnering: “taakloon” betekent dat er geen direct verband is tussen het loon en het aantal arbeidsuren in de activiteit

Opgelet:

  • Een loon per dienstverstrekking is niet “per taak” wanneer de overeenkomst of de cao een uurtarief voorziet (zie voorbeelden in de tabel Hypothese 1 – (arbeidsovereenkomst) – Quid de volgende situaties?)
  • In de DMFA betekent de code “A1” enkel dat een artistieke prestatie werd uitgevoerd in het kader van een arbeidsovereenkomst en niet dat het gaat om een taakloon. Die code is ook te zien in het detail van de te raadplegen gegevens A820 (naast “Statuut”)

1. als de waarde “1” zichtbaar is in de DMFA1 à in principe aanvaard. Toch gaat u na aan de hand van de arbeidsovereenkomst of het begrip taakloon wordt bevestigd

 

2. als de waarde “1” niet zichtbaar is in de DMFA1 à u gaat na of het begrip taakloon duidelijk blijkt uit de arbeidsovereenkomst (die de bezoldigingsmodaliteit moet beschrijven)

 

JA

NEEN => pas de gewone berekeningsregels toe2

Ga na of het loon voldoende hoog is

 

JA

NEEN

Artikel 10 kan worden toegepast

Vergeet artikel “10” niet in de S04

U mag geen rekening houden met de prestatie3

     

1 De waarde “1” in de DMFA bevindt zich in het detail van de te raadplegen gegevens A820 (naast “Taak/comm.”), in de zone 00056 “bezoldigingsmodaliteit” in het blok 90015 “tewerkstelling van de lijn werknemer”.

2 U past de gewone berekeningsregels toe. Het dossier wordt desgevallend teruggestuurd via C51 indien er gegevens ontbreken om de gewone berekeningsregels te kunnen toepassen. Het begrip voldoende hoog loon is eveneens van toepassing. Indien u vaststelt dat het loon niet voldoende hoog is, mag u geen rekening houden met de prestatie.

3 Noch voor de toepassing van artikel 10 MB noch voor de toepassing van de gewone berekeningsregels.

Hypothese 1 (arbeidsovereenkomst) – Quid in de volgende situaties?

 

Taakloon?

Bruto-maandloon of bruto-uurloon, arbeidsregime in de C4 en/of de arbeidsovereenkomst

NEEN1

Arbeidsovereenkomst MET wekelijkse arbeidsuur (x uur/week)

NEEN1

Arbeidsovereenkomst MET dienstregeling (eventueel in bijlage)

NEEN1

Arbeidsovereenkomst MET bruto-uurloon

NEEN1

Loon berekend op basis van een maandloon (bepaald in de arbeidsovereenkomst of de CAO)

NEEN1

Loon per dienst of per prestatie indien de duur van de dienst/prestatie in de arbeidsovereenkomst of in de CAO bepaald is

 

NEEN1

Dagloon voor een periode van 1 dag indien het aantal arbeidsuren in de arbeidsovereenkomst of de CAO gekend is (eventueel met betaling van de overuren)

NEEN1

Dagloon of forfaitair loon voor een periode van x dagen indien het aantal arbeidsuren per dag in de arbeidsovereenkomst of de CAO gekend is (eventueel met betaling van de overuren)

NEEN1

Forfaitair loon voor een periode van x dagen indien het aantal arbeidsuren dit moeten verdeeld worden over de x dagen in de arbeidsovereenkomst of de CAO gekend is (eventueel met betaling van de overuren)

NEEN1

Forfaitair loon voor de realisatie van een bestelling

JA2

Arbeidsovereenkomst waarin

  • Noch wekelijkse arbeidsuur (x uur/week)
  • Noch dienstregeling
  • Noch bruto-uurloon

JA2

Forfaitair loon voor een periode van x dagen indien het aantal arbeidsuren in de arbeidsovereenkomst of de CAO onbekend is

JA2

Loon per dienst of per prestatie indien de duur van de dienst/prestatie in de arbeidsovereenkomst of in de CAO onbepaald is

JA2

1 U past de gewone berekeningsregels toe (GEEN artikel 10 MB)

2 In principe gaat het om een taakloon, artikel 10 MB is van toepassing
 

Voorbeelden – Loon per dienst of per prestatie INDIEN de duur van de dienst of van de prestatie wordt vastgelegd in de arbeidsovereenkomst of in de cao

Zie bijvoorbeeld:

► de CAO van 1 juli 1999 (paritair comité voor het vermakelijkheidsbedrijf):

art. 7, §2,: (…) Een dienst is een aaneengesloten periode van 3 uur en 30 minuten voor een repetitie of een uitvoering, met inbegrip van een verplichte pauze van 30 minuten. Bij de betaling van het loon wordt ervan uitgegaan dat elke eerste begonnen dienst telt voor minstens één dienst.

► de CAO van 30 september 2008 «indubben» (enkel geldig voor de maatschappij Chinkel):

art. 9, 9.1,: Voor ‘fictie’ zal de minimumbezoldiging als volgt gebeuren: Minidienst: maximum 35 lijnen gepresteerd in maximum 1.30 u. Het loon voor die minidienst zal 85 euro bedragen + 5,5% bruto (8% werkgeversbijdragen inbegrepen). Vanaf 36 lijnen, zie tabel hieronder

Max. aantal lijnen

Bruto

in euro

Max. forfaitaire duur van de prestatie

1 dienst = 4 opeenvolgende uren 1,5 dienst = 6 opeenvolgende uren

36 tot 134

118

1d

135 tot 179

195

1,5d

Lid worden, niets dan voordelen

U kan ook lid worden, dan geniet u van alle voordelen van een lidmaatschap:

U kan vrijblijvend een doorlichting van uw verzekeringen krijgen, specifiek voor de sector, u krijgt diverse kortingen, ook VZW's kunnen lid worden, u kan via zoekfuncties de FAQ/Adviesvragen raadplegen. Bepaalde zaken zijn publiek (P), andere zijn voorbehouden voor leden (L).
Zie alle voordelen op deze pagina

Voor alle vragen, afspraken, je dossier, ... gebruik info@artistsunited.be
Je krijgt binnen de 4 werkdagen een antwoord.